DESIGNED BY JOOMLA2YOU

ABEVA bestaat 20 jaar!

Verslag van de bijeenkomst van ABEVA in het kader van het 20e bestaan van deze organisatie

ABEVA (Belgische Vereniging van Asbestslachtoffers) organiseerde op vrijdag 1 oktober een ochtendvergadering ter gelegenheid van de 20ste verjaardag van haar oprichting.
Bij die gelegenheid heeft ABEVA een balans opgemaakt van haar actie, met haar plus- en minpunten, en heeft zij ook aangegeven wat zij als de prioriteiten voor de toekomst beschouwt.

Het eerst resultaat van de akties was ongetwijfeld de oprichting van het Asbestcompensatiefonds (AFA) in 2007, alsook de verbeteringen die in 2014 en 2019 in dit systeem zijn aangebracht.

Naar onze mening is de AFA een essentieel instrument voor schadevergoeding, herstel van alle asbestslachtoffers te verzekeren,  in ieder geval reeds voor de schade in het verleden, maar ook voor de schadevergoeding die verschuldigd is aan slachtoffers die in de toekomst nog zullen opduiken.  

Tot op heden heeft AFA bijna 4.000 asbestslachtoffers vergoed, vandaag tussen 250 en 300 personen per jaar. Maar de werkelijkheid wordt door deze gegevens waarschijnlijk onderschat (zie Document over de gegevens van het Asbestfonds). Ook werd erop gewezen dat asbestpatiënten gemiddeld 20 jaar van hun leven verliezen.

In ruil voor de bijdrage van de overheid en van de ondernemingen aan de financiering van de AFA, genieten de (identificeerbare) partijen die verantwoordelijk zijn voor de schade, civielrechtelijke immuniteit. Dit betekent dat slachtoffers die gebruik maken van de AFA-compensatie moeten afzien van gerechtelijke stappen om aanvullende schadevergoeding te verkrijgen. ABEVA beschouwt deze beperking als onrechtmatig en steunt een wetsvoorstel om deze af te schaffen, of althans te verminderen.

Gezien de prognoses inzake het aantal ziekte- en sterfgevallen, die in de periode 2023-2025 helaas slechts langzaam zullen afnemen, zal het AFA hoe dan ook een essentiële rol moeten blijven spelen, zijn tussenkomst moeten uitbreiden en zijn financiering moet gegarandeerd worden.  

De AFA pakt in wezen de schade uit het verleden aan, maar de grote hoeveelheden asbest die nog aanwezig zijn, leveren nog steeds risico's op waartegen moet worden gewaarschuwd. Of het nu gaat om openbare of particuliere ondernemingen, infrastructuren, sociale of particuliere huisvesting, de overheid moet ingrijpen om:

- een beleid voeren om het aanwezige asbest te lokaliseren en te identificeren (asbestinventarissen . Dit is al meer dan 20 jaar verplicht, maar wordt te weinig opgevolgd en uitgevoerd)

- asbestverwijdering, d.w.z. verwijdering van gevaarlijk asbest en hulp bij deze operatie; het ter plaatse beheren van asbest indien dit niet te gevaarlijk is (met het oog op definitieve verwijdering op lange termijn)

- afvalbeheer.

In dit verband verwacht ABEVA een gecoördineerd en samenhangend beleid van de verschillende bevoegde overheidsinstanties - federaal, regionaal, lokaal.

In het kader van een dergelijk beleid - waarvoor het regionale niveau gezien de verdeling van de bevoegdheden van essentieel belang is - moet prioriteit worden gegeven aan de verwijdering van asbest uit schoolgebouwen.

ABEVA had de bevoegde ministers van de verschillende regio's uitgenodigd op deze ochtend van 1 oktober.

De heer Vliegen, vertegenwoordiger van de Vlaamse minister Zuhal Demir, presenteerde het onlangs voltooide plan voor Vlaanderen. Het bevat doelstellingen voor verschillende tijdschema's en op verschillende gebieden - particuliere gebouwen, sociale huisvesting, scholen, openbare sectoren, afval, alsmede instrumenten steunmaatregelen, en stimulansen voor de asbestverwijdering.  Voorlopige begrotingen zijn in voorbereiding (zie https://www.ovam.be/naar-een-asbestveilig-vlaanderen ).

ABEVA zal deze projecten verder onderzoeken, maar nu al kan worden gezegd dat zij de verdienste hebben een gecoördineerd plan te hebben, met voorziene termijnen en budgetten. Het uiteindelijke doel is de totale verwijdering van aanwezig asbest tegen 2040.

De minister van de Waalse regering, Céline Tellier, werd vertegenwoordigd door het ecolo parlementslid Hélène Ryckmans. Zij wijdde haar toespraak over het onderwerp van de stortplaatsen. Zij noemde de huidige stand van zaken, de zorg om de bescherming van hun werknemers (op de stortplaatsen) en de omwonenden. Ook het  zoeken naar innovatieve alternatieven voor het storten van afval kwam ter sprake.

De minister van de Brusselse regering, Alain Maron (Ecolo), die verontschuldigd was, heeft geen vertegenwoordiger gestuurd.

De minister van de Federatie Wallonië-Brussel, Michel Daerden (PS) , die verantwoordelijk is voor schoolgebouwen - een onderwerp dat ABEVA bijzonder na aan het hart ligt - werd vertegenwoordigd door zijn adviseur, Philippe Kennes. In zijn presentatie (zie document van FWB) herinnerde hij aan de desinvestering tijdens de laatste 30 jaar.

Hij stelde het plan voor ivm de renovatie van de schoolgebouwen. Asbestverwijdering zal uiteraard automatisch deel uitmaken van de renovatie van scholen. Het geplande budget (269 miljoen euro) zal worden gebaseerd op oproepen tot het indienen van projecten.

Terwijl de FWB rechtstreeks verantwoordelijk is voor zijn eigen scholen ,  dit niet het geval voor de vrije onderwijssektoren en die van de provincies en gemeenten. Onder deze netwerken is een enquête gehouden, met onder meer een belangrijke vraag over asbest, die "niet bindend" is, legde de vertegenwoordiger uit.  De verificatie van het al dan niet bestaan van een inventaris is een federale bevoegdheid...

ABEVA kan zijn ontgoocheling niet verbergen over het ontbreken, van de kant van de Waalse en het Brusselse Gewesten, en in samenwerking met de FWB, van een duidelijk, gecoördineerd en coherent beleid voor de uitroeiing van asbest in de komende jaren, met perspectieven, termijnen en budgetten.  De institutionele "lasagne" en het gebrek aan middelen verklaren of verontschuldigen natuurlijk niet de betreurenswaardige situatie waarmee wij aan het eind van de voormidag werden geconfronteerd.

Maar de voormiddag was ook zeer interessant omdat wij verschillende opmerkingen en kwaliteitsinterventies hebben gehoord. Zo hebben onze Franse vrienden van Andeva in een videoboodschap (zie video ANDEVA op de site) uiteengezet welke krachtige strijd zij met ouderverenigingen en vakbonden van leerkrachten op scholen voeren voor correcte informatie en verwijdering van asbest uit schoolgebouwen. Twee vrienden van ABEVA, die in het gebied van de Eternit-fabrieken in Kappelle-op-den-Bos en Tisselt wonen, legden uit welk onvermoeibaar en moedig werk zij verrichten om de problemen in de regio aan de kaak te stellen, vaak in een sfeer van ontkenning en wantrouwen.

ABEVA is zich bewust van de begrotingsproblemen in verband met de kosten van asbestverwijdering. Is het normaal dat deze bijna volledig ten laste komt van de gemeenschap, van particulieren en van de begroting van de overheid, terwijl de grote historische verantwoordelijkheid van de grote industriële groepen die asbest hebben gepromoot door de gevaren ervan te verdoezelen, steeds duidelijker aan het licht is gekomen? Er is een discussie op gang gebracht over de noodzakelijke overname van de kosten van de sanering door degenen die de hoofdverantwoordelijkheid voor het probleem dragen. ABEVA zal de gelegenheid hebben hierop terug te komen.

De bijgewerkte eisen van ABEVA staan in een aparte document .

Tot slot werd een door Eric Jonckheere geregisseerde videoclip vertoond ( https://www.youtube.com/watch?v=tlGJKyJFhQ0 ), waarin met name de blootstelling van vele werknemers en omwonenden op en rond de Eternit-locaties wordt getoond.